Bij Cijns|Erfzaken zijn wij van mening dat financiële planning en Estate Planning “hand in hand” gaan. Bij het opstellen van de testamenten inventariseren wij niet alleen wat de persoonlijke wensen ten aanzien van de nalatenschapsafwikkeling zijn, maar beoordelen wij ook de hoogte en de samenstelling van het vermogen. Niet alleen bij het overlijden van “de eerst stervende”, maar ook bij het overlijden van de langstlevende. Het heeft in het algemeen geen zin om bij het eerste overlijden belasting te besparen wanneer bij het tweede overlijden extra belasting moet worden betaald. De nalatenschapsafwikkeling bij het eerste overlijden kan grote fiscale en financiële toekomstige gevolgen met zich meebrengen.
Kleinkinderen als erfgenaam
Door naast de kinderen ook de kleinkinderen via het testament een bedrag toe te kennen (door middel van een legaat) kan op erfbelasting worden bespaard. Zowel de kinderen als de kleinkinderen kunnen gebruikmaken van een vrijstelling (2019) van € 20.616. Er kan op die manier dus twee keer van de vrijstelling gebruik worden gemaakt. Voor zover de kleinkinderen vanwege hun leeftijd nog niet goed zelf over die liquide middelen kunnen beschikken kan er een bewindvoerder worden aangewezen (de ouders). Zij beheren dan de nalatenschap voor en namens de kinderen.
Voorzichtigheid geboden
De hoogte van de vrijstelling wordt elk jaar aangepast aan de inflatie. Wanneer je nog “tijd van leven” hebt wordt vaak geadviseerd om geen vaste bedragen in het testament op te nemen. Doorgaans wordt dan geadviseerd in het testament naar de wettelijke bepaling te verwijzen zodat bij overlijden een zo hoog mogelijke vrijstelling kan worden benut.
Pas op voor onverwachte schulden
Vaak wordt over het hoofd gezien dat de langstlevende in verband met het overlijden van de eerststervende een schuld aan de kinderen (en/of kleinkinderen) heeft. Een schuld die, indien afgesproken, in verband met de oprenting van die schuld jaarlijks groter kan worden. Wij maken het in onze adviespraktijk nog zo vaak mee dat de kinderen stellen: “Alles was op langstlevende dus alle bezittingen zijn naar hem/haar gegaan.” “Een vaststelling overbedelingsschuld.” “Nooit van gehoord!.” Waar het op neer komt, is dat nalatenschappen gewoon niet volledig worden afgewikkeld en men niet op de hoogte is van een mogelijk onverwachte overbedelingsschuld.
Wij werken samen met vakkundige notarissen
Dat had de weduwnaar, genoemd in de procedure bij de RB Oost-Brabant 20 februari ’19, ook moeten doen. In het testament werd aan 10 kleinkinderen een legaat toegekend. Er bestond echter ook nog een overbedelingsschuld aan de kinderen naar aanleiding van het overlijden van moeder. Hierdoor bleek dat het vermogen van de weduwnaar feitelijk negatief was. En dat vond één van de kinderen niet prettig. Het erfdeel van dat kind was door de weduwnaar juist verhoogd naar 3/4e deel van het vermogen. Op deze manier dacht dit kind beloond te worden voor haar jarenlange verzorging van vader. Uiteindelijk krijgt dit kind helemaal niets.
De goedkoopste notaris is niet de beste notaris
De notaris wordt door zijn eigen beroepsgroep gecorrigeerd: “De notaris heeft zijn zwaarwegende zorgplicht geschonden doordat hij zich geen inzicht heeft gevormd in de financiële situatie van vader bij het opmaken van het testament.”
De notaris “verweert” zich nog. Hij heeft de opdracht telefonisch aanvaard en is afgegaan op hetgeen hem toen werd verteld. “Twee aanpassingen tegen een goedkoop tarief.” De rechtbank verwijt de notaris dat hij daarvan niets heeft vastgelegd. Ook heeft hij geen concept naar vader gestuurd ter beoordeling. Op deze wijze had de notaris zich natuurlijk ook nooit een beeld kunnen vormen van de vermogenspositie van vader en de vermogensrechtelijke gevolgen van het opgestelde testament in het algemeen en de legaten in het bijzonder.
Wie zich brandt hoeft niet op de blaren te zitten
De notaris hoeft toch geen schadevergoeding te betalen. De notaris stelt namelijk: “Stel dat ik vader correct en volledig zou hebben voorgelicht dan zou vader dezelfde keuzes hebben kunnen maken als hij nu heeft gedaan.” “Dat klopt….” stelt de rechtbank. “Dat kunnen wij niet vaststellen.” Daarom wordt de schadevergoedingsvordering van X afgewezen.
Kwaliteit heeft zijn prijs
Het is tenenkrommend om zo’n uitspraak te lezen. Wat gaat er nog veel mis. Enerzijds te wijten aan “het prijsvechten” van de notaris. Anderzijds de consument die denkt dat het “allemaal zo eenvoudig” is en al surfend op internet zelf wel zal bepalen wat hij voor de dienstverlening betaalt.
Als ik me zo voorstel dat vader zich bij ons had gemeld dan hadden wij die klus waarschijnlijk niet gekregen. Wij zouden wellicht “te duur” zijn geweest. Het inventariseren van vermogen en het creëren van inzicht kost tijd en tijd kost geld. Voor degene die voor een dubbeltje op de eerst rang willen zitten zouden wij willen stellen: “ Bel ons maar liever niet.” Onze “droomklant” is de klant die wil betalen voor een goed advies. Die klanten mogen ons dag en nacht bellen!